Strafrechtspleging – Strafrechtelijk uitvoeringsonderzoek – Inbeslagneming – Malafide derde

Artikel 464/1, § 3, van het Wetboek van strafvordering bevat een definitie van het begrip “malafide derde”, waarnaar wordt verwezen in verschillende andere bepalingen met betrekking tot het strafrechtelijk uitvoeringsonderzoek. Artikel 464/30, § 1, van hetzelfde Wetboek stelt de specifieke voorwaarden vast waaronder een inbeslagneming bij een derde mogelijk is, zonder te verwijzen naar het begrip “malafide derde”, zoals gedefinieerd in voormeld artikel 464/1, § 3. In arrest nr. 128/2024 van 14 november 2024 oordeelt het Grondwettelijk Hof dat die bepalingen voldoen aan de voorwaarden van duidelijkheid en voorzienbaarheid, waaraan een inmenging in het ongestoorde genot van de eigendom dient te voldoen en waaraan ook de wetten in strafzaken overeenkomstig het bij de artikelen 12, tweede lid, en 14 van de Grondwet gewaarborgde wettigheidsbeginsel dienen te voldoen.

p 720 | 128/2024 | | Grondwettelijk Hof