Verzekering - Motorrijtuigen - Automatische vergoeding van het slachtoffer - Ongeval met trein - Plaats van het ongeval

Bij arrest nr. 35/2012 van 8 maart 2012 besliste het Grondwettelijk Hof dat art. 29bis, § 1, tweede lid van de WAM van 21 november 1989, gewijzigd bij de wet van 19 januari 2001, art. 10 en 11 Gw. schendt in zoverre het de verkeersongevallen waarbij een trein is betrokken die rijdt op een spoorweg die volledig is afgezonderd van het verkeer op deze plaatsen bedoeld in art. 2, § l van deze wet, niet uitsluit van de regeling inzake automatische schadevergoeding. Het Hof wijkt hiermee af van de ruime interpretatie van het Hof van Cassatie (Cass. 11 januari 2010, C.09.0165.F) volgens welke de automatische vergoeding geldt voor elk ongeval waarbij een aan spoorstaven gebonden motorrijtuig betrokken is en waarvan een zwakke weggebruiker het slachtoffer was, ongeacht «de plaats waar een dergelijk ongeval zich voordoet» en niet enkel op «de ongevallen die zich voordoen op een plaats waar het aan spoorstaven gebonden voertuig de openbare weg volgt of dwarst».

p 1569 | 35/2012 | | Grondwettelijk Hof